Drie generaties ervaring
In het Noord Brabantse Prinsenbeek ligt Teeltbedrijf Schalk.
Martijn Schalk is samen met zijn ouders de eigenaar. “Mijn vader heeft het bedrijf overgenomen van zijn vader, het zit dus al drie generaties in de familie en heeft ook drie generaties ervaring. Het is een relatief klein bedrijf van ongeveer 25 hectare, opgedeeld in verschillende percelen. Op dit moment telen we bloemkool, spitskool, groene kool, tuinbonen en boerenkool. In het verleden teelden we ook bospeen en prei, maar daar zijn we mee gestopt. Dat leverde simpelweg niet genoeg op.”
Volgens een strak plan
Het planten en oogsten van de verschillende gewassen gaat volgens een strak plan.
“De bloemkool en de spitskool worden vanaf maart wekelijks geplant”, vertelt Martijn. “Dit planten loopt door tot augustus. Eind mei worden de eerste plantingen geoogst. De wekelijkse oogsten lopen door tot ergens medio oktober. De andere gewassen hebben een andere dynamiek. Vanaf half juli tot half juli hebben we vier plantingen van groene kool. Deze wordt geoogst van half september tot de kerst. Half februari planten we de tuinbonen, die kunnen we oogsten van half mei tot half juli. Die zijn dus maar twee maanden vers. De boerenkool tot slot planten we vanaf 1 april iedere drie weken. Dit gaat door tot half juli. Van begin juni tot half februari kunnen we de boerenkool oogsten.”
Het hele jaar door werk
Door deze strakke opbouw is er het hele jaar door werk.
“Onze piektijd is van mei tot november, stelt Martijn. “In die periode werken we met twee tot vier seizoensarbeiders om al het werk gedaan te krijgen. In het andere deel van het jaar planten en oogsten we zelf. Het oogsten doen we handmatig, het beplanten doen we deels handmatig, deels met machines.“
Op weg naar een milieucertificaat
“Aandacht voor het milieu is belangrijk,” vindt Martijn “Daarom werken wij op dit moment aan het verkrijgen van een milieucertificaat.
Hier komt best veel bij kijken. De nieuwe richtlijnen voor het milieucertificaat zijn net verschenen. Volgens deze richtlijnen gaan we ons bedrijf onder de loep nemen. Denk daarbij aan zaken als een maximum aan bestrijdingsmiddelen, het bedrijf inrichten met houtwallen, nestkasten voor vogels ophangen en zuinigheid met mest en water. De stappen die je als bedrijf zet worden uiteraard gecontroleerd. Bij een eerste controle moet je inzichtelijk maken wat je plannen zijn en wat je al hebt gedaan. Bij de tweede controle moet je laten zien of je doet wat je hebt beloofd. Als alles klopt, dan krijg je het certificaat. En daar blijft het niet bij: ook daarna wordt twee keer per jaar gecontroleerd of je nog aan de normen voldoet. Je ziet, een belangrijke stap maar wel een ingewikkelde. Gelukkig worden we hierbij geholpen door Versland.”